Wat doet chronisch ziekzijn met de mens?

In september ga ik meewerken als ervaringsdeskundige aan de opleiding Physician Assisent op de hogeschool in Utrecht. Ik ga specifiek een bijdrage leveren aan het college chronische zorg.

Plaatjes Ziekte

Een physician assistant (PA) is een BIG-geregistreerde medische zorgprofessional die zelfstandig geneeskundige zorg biedt aan patiënten binnen een medisch specialisme. Dit doet de PA in een samenwerkingsverband met een medisch specialist, specialist ouderengeneeskunde, arts voor verstandelijk gehandicapten of huisarts.Deze opleiding leidt mensen uit de zorg op, die al een brede kennis hebben in de geneeskunde en de arts kunnen ondersteunen. 

De vraagstelling is, wat doet een (of meerdere) chronische ziekte met de mens?

Nu kan ik natuurlijk alleen voor mijzelf praten. Iedereen zal het anders ervaren of er op een andere manier mee omgaan. Het heeft me wel aan het denken gezet. Wat is me overkomen en wat heeft dat met mij gedaan.

Mijn hele leven ben ik wel aan een of meerdere artsen verbonden geweest. Als baby kwam ik al bij een KNO arts, wat ik nu nog steeds maandelijks doe. Op mijn zevende werd een behoorlijke vorm van slechthorendheid geconstateerd. In tegenstelling tot nu gaven ze vroeger géén hoortoestellen omdat men in de overtuiging was dat de oren daar lui van zouden worden. Hedendaags weten we beter. Maar die slechthorendheid heeft mij wel gevormd en geleerd om met beperkingen om te gaan. Ik denk dat ik daar nu nog steeds veel profijt van heb.

Bijna 10 jaar geleden werd mijn doodvonnis uitgesproken. Niercel carcinoom met uitzaaiing in een bijnier. De oncoloog was kort en krachtig. Dit is altijd levensbeëindigend. Prognose, 3 maanden tot een jaar misschien 1,5 jaar. Afijn een operatie veranderde de diagnose. Na de operatie leeft 10% nog na vijf jaar, de meeste mensen overlijden de eerste twee jaar. 

Ik ga richting 10 jaar. Maar ben van een redelijke gezonde vrouw, fietsend over paden en wegen, gegaan naar een invalide vrouw afhankelijk van sonde, scootmobiel, rolstoel, trippelstoel en (huishoudelijke -en medische) zorg.

Dat doet wat met de mens. Dat doet wat met je levensinvulling, je motivatie, je psyche etc etc.

Mijmerend wat dit allemaal voor een effect op me heeft was dat in eerste instantie de angst. Je gaat dood terwijl je nog relatief jong bent, terwijl je fysiek nog zoveel kunt. Langzaam aan kwamen de gebreken, de ziekte van Adisson die er aardig inhakte, maagverlamming, ontregeling van de glucose waarden, fysieke achteruitgang etc etc. De angst van doodgaan werd minder. Immers werden dagen weken, weken maanden en nu jaren. Doodgaan hoort bij het leven, ik kijk er niet naar uit maar het is reëel. 

Het inleveren van functionaliteit gaat geleidelijk, niet op één dag. Dus de hobbels worden genomen en geaccepteerd. Ik leef immers nog. Levensinvulling en doelen worden aangepast zonder al te veel concessies te doen in eerste instantie. Alleen anders, niet meer teveel fysiek maar veel met de geest/verstand. Als het niet gaat zoals het moet, moet het maar zo gaan zoals het kan.

De hulpmiddelen kwamen het huis in, waarmee ik nog steeds een haat liefde verhouding heb. Een scootmobiel, rolstoel, trippelstoel, traplift etc etc. De hulpvraag naar andere werd groter en groter. En dat heeft veel effect. Niet in een rolstoel of scootmobiel gaan zitten houdt in dat je nergens meer naar toe kan. Ik weet nog dat de invalidekaart kwam en hoe blij ik was. Het was me teveel om ver weg te parkeren en dan nog boodschappen te doen. Nu worden mijn boodschappen zoveel mogelijk bezorgd. De hulpmiddelen bieden me een vorm van vrijheid en zelfstandigheid en worden intensief gebruikt. 

Er kwam een lieve dame mijn huis schoonhouden, stofzuigen, ramen zemen of dweilen, het zit er niet meer in. Ben al blij dat ik de was in de machine krijg (die is wel verplaatst van de zolder naar de badkamer) en de was kan draaien. Eruit halen is al een dingetje. Accepteren dat vreemde mensen je huis overnemen, in je kasten komen, maar ook accepteren dat je het zelf niet meer kan. De tuin wordt gedaan door mijn broers, de afhankelijkheid van andere wordt groter en groter.

Ergotherapeuten adviseren je, helpen je, fysiotherapeuten zorgen dat alles nog wat soepel blijft en de pijn te behappen is of dat er nog wat vocht afdrijft. Familie of tenminste een aantal helpt daar waar kan. Buren verlenen hand en spant diensten. Vrienden komen wat vaker naar jou toe omdat naar hun toe gaan toch heel wat organisatie behoeft.

Nu ik dit zit te schrijven krijg ik het bericht dat mijn kapotte elektrisch aangedreven rolstoel die mij vrijheid geeft pas in eind oktober of november weer gerepareerd kan worden. Wachten op onderdelen. Hij is al stuk vanaf begin mei….

Eigenlijk vind ik de afhankelijkheid van andere de meeste impact heeft. Het is wachten op andere. Die mij graag helpen, tenminste dat zeggen ze.. Ik kan eigenlijk niks spontaans meer doen, afhankelijk en regelen. Nu ik gehoord heb dat de rolstoel nog zo lang wegblijft loop je je agenda door en gaat op zoek naar hulp. Hulp vragen, vind ik eigenlijk ook heel moeilijk…gelijkertijd besef je dat je nieuwe uitdagingen niet zomaar kan aannemen want dan moet je weer van alles gaan regelen. En eigenlijk wil ik zelfstandig zijn in mijn mogelijkheden. 

Afhankelijk zijn en vragen lijkt wel de grootste rode draad. Maar ook het niet meer kunnen doen wat je zou willen. De spontaniteit is er wel een beetje van af. Was ik vroeg zelden thuis nu ben ik heel vaak thuis. Terwijl ik me ook realiseer dat heel dit proces me ook veel heeft gebracht. 

Ik heb nieuwe hobby’s ontdekt, tekenen, blog schrijven. Ik vind het heerlijk om naar muziek te luisteren, het is hier zelden stil. Mijn werk is veranderd in vrijwilligers werk. Ook de inhoud van mijn vrijwilligerswerk is veranderd. Nu veelal “ ziek” gerelateerd. Lid van een Clientenraad van een ziekenhuis, klantenpanel voor het sociale domein (WMO ,Jeugdzorg etc) als ervaringsdeskundige een bijdrage leveren op diverse hogescholen etc.

Ondanks alle beperkingen, en die zijn er inmiddels heel veel voel ik me een gezegend mens. Ik ben er nog en kan het leven nog steeds omarmen. Ik voel me gelukkig, ik prijs me gelukkig. Ik geef mijn leven ondanks alles een 9. Geluk zit in je. Af en toe eens lekker mopperen over iets wat niet gaat zoals jij zou willen, en diep adem halen en door… 

Gelukkig gaan ze de les op de hogeschool met een interview methode doen, want ik kan alle kanten opschieten. Merk ook dat ik het heel belangrijk vind om te zeggen dat ondanks alles ik een leuk leven heb… Ik denk niet dat alle chronisch zieke mensen dit zo zullen ervaren. Ik voel mij een bofkont dat veelal mijn glas half vol is.. en ergens ook dat ik al op een jonge leeftijd heb geleerd te accepteren dat niet alles zomaar gaat, de hoorbeperking heeft daar zeker mee te maken,  Kijk vooral naar hoe het wél kan.  Hoop dat ze op deze opleiding iets van me snappen en ik een boodschap kan meegeven. We gaan het zien,

Margriet

22 augustus 2023.

Denken in beperkingen of mogelijkheden?

Bibian Mentel is overleden. Een indrukwekkende jonge vrouw van 48 jaar die ons liet zien dat denken in mogelijkheden je leven verrijkt.

Ze ging door ondanks haar diagnose kanker en amputatie, zocht naar mogelijkheden en  werd zo ook nog eens drievoudig paralympisch kampioen snowboarden. Ze richtte een stichting op, mentelityfoundiation.org , waar ze zich inzette om kinderen en jongvolwassenen te leren vooral je dromen na te jagen ondanks je beperkingen,

Eigenlijk zag je dat ook bij Marc de Hond, hij liet ondanks zijn beperkingen ons een mooi kant zien..hij liet aan zijn kinderen ook nog een mooie visuele erfenis na. Hoe krachtig. 

Het zijn deze mensen die mij nog meer stimuleren naar mogelijkheden te kijken. Nu doe ik dat eigenlijk wel, maar betrap mijzelf ook wel eens dat ik kan doemdenken. Hoe menselijk is dat.

Als kind kwam men er laat achter dat ik een audiologische beperking had. Ondanks operaties werd mijn gehoor niet beter, wel verminderde iets de ontstekingen. In die tijd (ik praat bij 58 jaar geleden) was men er niet zo voor om hoortoestellen aan te meten bij kinderen. Want, dacht men, dan worden de oren lui. Dat het niet goed horen een verstoring geeft in je ontwikkeling werd toen niet , in tegenstelling van nu, meegenomen. Dat betekende dat ik op school niet mee kon, doelwit werd van pesterijen. Ik had als kleuter al een bloedhekel aan het spel dat je in het midden van de kring moest zitten, je hoofd op je knieën en je handen voor je ogen. De non (jaja die waren er toen nog) tikte dan een kind aan die heel zachtjes achter je moest gaan zitten. Ik had geen flauw benul hoeveel kinderen er achter mij zaten…en als ik zei 3 en omkeek zat heel de klas achter mij schaterend van het lachen. Later op school kreeg je fluister spelletjes, nu kon en kan ik al niet zo goed fluisteren, ik verstond echt niet wat er tegen mij gezegd werd. Dus hilariteit alom. 

Als kind, dat slecht hoort, weet je niet wat “ normaal is”. Je bent je dus ook niet bewust van de beperking. Ik had, achteraf gezien, toen al flink last van evenwichtsstoornis. Viel mijn knieën geregeld kapot, werd ziek op de schommel, en autoritjes waren helemaal een ramp. Ik kon niet schaatsen, alhoewel ik reuze mijn best deed, rolschaatsen was geheid vallen en ik ging ook nog op turnen. De evenwichtsbalk kon ik meestal 2 passen opzetten om er dan vanaf te kukelen. Ik brak mijn arm door het vallen met mijn fiets tec.

Maar, ik ging dapper door, bleef op de schommel kruipen, (rol)schaatsen, en die evenwichtsalk vol overtuiging beklimmen, 

Eigenlijk hebben deze ervaringen , er waren er natuurlijk nog veel meer, bij mij automatisch aangewakkerd om te kijken naar mijn mogelijkheden. Het was een natuurlijk proces. Alleen zijn we in ons mooi land niet zo gewend om naar mogelijkheden te kijken maar rekenen we elkaar af op onze onvolmaaktheden.

Ik heb een lange schoolweg gedaan, van Mavo teruggezet naar de huishoudschool, daar met prachtige punten geslaagd (jaja) naar de VHBO, naar de MBO en uiteindelijk HBO. Verder ontwikkeld met cursussen etc. Ik koos voor het welzijnswerk, werken met mensen, luisteren naar mensen en kijken of ik iets kon veranderen, agogisch handelen noemen ze dat.

Al tijdens mijn opleiding werd mijn gehoor gebruikt als argument om misschien wat anders te gaan doen, je moet immers luisteren naar mensen. Nu is horen en luisteren niet hetzelfde. Bij horen hebben we het over het letterlijk verstaan wat iemand zegt, elk woordje. Bij luisteren hebben we het over lichaamstaal, houding, mimiek etc. en natuurlijk het gesproken woord. Ik versta nog steeds niet (en de hoortoestellen zijn echt veel verbetert) elk woord maar maak zelf het verhaal compleet met hetgeen ik zie. Dat gaat meestal goed, en soms heel soms versta ik iets niet goed wat vaak een hilarisch moment geeft. Tijdens mijn opleiding vroeg ik al vooral te kijk naar mijn mogelijkheden.  Ik ben uiteindelijk gaan werken in het welzijnsveld, voor met jongeren die niet altijd het juiste pad wisten te bewandelen. In al mijn latere banen vroeg ik om een speciale telefoon en later werd mijn mobiel met ringleiding mijn uitkomst. Toch werd ik aangesproken op wat ik niet kon en niet wat ik wel kon. Ik heb mijn hele leven ervoor gevochten vooral naar mijn mogelijkheden te kijken.

Op Facebook lees je vaak verhalen van mensen met chronische pijnen en ziekten, het valt me op dat de nadruk daar juist op hetgeen ligt wat ze niet kunnen. Lijkt soms wel een wedstrijd, de een heeft het nog erger dan een ander. Ik lees hun verhalen, ze zijn 5 km (!) wezen wandelen  in de bossen en hebben pijn… Hebben de tuin zomer klaar gemaakt en kunnen even niet meer omdat ze doodmoe zijn… laten hun curve zien hoe “hoog” hun bloedsuikers zijn, waar de ander dan nog een nog ergere curve heeft.. In mijn optiek zijn ze zo bezig met hun belemmeringen dat ze hun mogelijkheden niet meer kunnen zien.

Deze afbeelding heeft een leeg alt-atribuut; de bestandsnaam is 1f67ae05-db6b-44da-a0b5-987b4407c6d1.jpeg

Nu ben ik inmiddels 7 jaar chronisch ziek, heb ik veel ingeleverd, heb ik een scootmobiel, een rolstoel, mijn ringleiding natuurlijk, een bed in de kamer. En nog steeds zie ik mogelijkheden. Op een heel ander niveau dan voor mijn ziek zijn. Ik ontwikkel nieuwe talenten. Ik schrijf blogs, en ik schijn te kunnen tekenen. Ik blijf maatschappelijk actief en vind het nog steeds leuk om mensen te helpen. Heb net een rondje met de scootmobiel gemaakt in de zon. Ben Zapper geworden (ik ruim zwerfvuil vanuit mijn scootmobiel op) en kijk uit naar mijn volgende rit. Morgen wordt het nog een dag heel mooi weer, ik ga ervan genieten. Weet jij je mogelijkheden? Ik hoor het graag.

Margriet

30 maart 2021

Maak een website of blog op WordPress.com

Omhoog ↑